geen wijzer die zegt
hoe laat het is.
ze wandelt, een uil in slaap,
er mist vlies voor het licht.
welke vinger het is
weet ze niet, maar
ze drukt op de tast
feilloos haar lip waar ik tast.
ze kust, krult langs me heen
kerft zich in mijn gezicht.
ik kom ogen tekort, ze doet het
blindelings.