Er hangt kramp in de lucht!
Ik vrees voor al mijn ledematen.
Straks krijgt het ze in de gaten
en dan is het raak.
Ik speel een boom, dat doe ik goed,
want hoewel ik weinig van bewegen ben,
blijft de soepelheid me trouw.
Ik wuif wat met mijn handen.
Het hapt gretig in een vrouw
die zodoende mooi een functie krijgt
en joelend naar haar kuiten grijpt.
Opgelucht ontwortel ik, maar beef.