|
Dit is
een bekentenis
aan S, aan R, aan M
van hem
die dacht
hun klus te klaren
louter met zijn lummel.
Wat wist die jonge pummel
veel
van zacht
van tong-, van vingerstreel?
hoe dacht hij hen verder op te winden
waar vond hij dat verdomde sexjuweel?
toch zeker met zijn juichend liefdesdeel?
Hoe graag zou hij meer grijs dan groen
zijn spijt betrachten
voor al die toen
maar half gelukte nachten
door zacht en lang en lief
zijn ex prinsessen te doen
steunen in gerief.
|