|
met kleine gezichten
opnieuw
raakt mijn stem
de dagen van dobberende bootjes
op vuurduinen te traag
tussen vreemde mensen
ik ben getuige van mijn mond
waarin iedereen verdwijnt en de zee
hetzelfde begint te zijn
kinderen lopen naakt hun lijfjes voorbij
met licht en schelpjes
aan het oor
in en uit het water, hun adem
langs de barensweeën
alsof dit gedicht te beluisteren valt
|
Reactie geven op dit gedicht? Klik hier !
|
De gedichten die ingezonden zijn op de website van de lettertempel en e.v.t. toekomst projecten die gekoppeld zijn aan de lettertempel blijven ten alle tijden eigendom van de feitelijke auteur van het gedicht. Zonder toestemming van de feitelijk auteur mogen de gedichten niet gebruikt worden voor andere doeleinden dan lezen op deze site en indien hier toestemming voor gegeven is door de feitelijke auteur het uitgeven van de gedichten door lettertempel zelf. Mocht er sprake zijn van misbruik van de content en de gedichten die gepubliceerd zijn op deze site door wat dan ook dan zullen er hoe dan ook (in samenspraak met de auteur) stappen worden ondernomen.
|