|
Marie, die met Kees in de echt trad,
kreeg spijt, dat ze 't jawoord gezegd had.
D'r echtgenoot bleek te hardhandig.
Terugvechten leek onverstandig.
De vrouw had genoeg van 't gekijf thuis
en ging naar een blijf-van-mijn-lijfhuis.
- Maar Kees, die 't alleen zijn gauw moe was
en zeer aan bevrediging toe was,
dus graag met een dame naar bed ging,
vond 't kom-aan-mijn-lijfhuis een redding.
't Gemeenschapshuis was wat 'm zinde.
Hij dacht er een schoonheid te vinden.
Hij heeft bij een vrouw uit het leven
de liefde hardhandig bedreven.
Ze heeft z'n bezoek zeer betreurd,
want ze was een half mens na d'r beurt
en ze zei, toen-ie weg was gegaan:
'Ik kan sléchts een bordeeltijdbaan aan.'
|