|
nergens thuis
op een avond had ik het gezien
in de korte blauwe schemering
raakten mijn voeten niet los
van het maanbeschenen gras
onwennig schuifelde ik
naar de waterkant waar rond middernacht
stil licht boven witte wieven hangt
het was al bijna donker
ik keek hen na
met dunne draden in mijn hand
de sloep met één roeispaan
voer naar de overkant
|
Reactie geven op dit gedicht? Klik hier !
|
De gedichten die ingezonden zijn op de website van de lettertempel en e.v.t. toekomst projecten die gekoppeld zijn aan de lettertempel blijven ten alle tijden eigendom van de feitelijke auteur van het gedicht. Zonder toestemming van de feitelijk auteur mogen de gedichten niet gebruikt worden voor andere doeleinden dan lezen op deze site en indien hier toestemming voor gegeven is door de feitelijke auteur het uitgeven van de gedichten door lettertempel zelf. Mocht er sprake zijn van misbruik van de content en de gedichten die gepubliceerd zijn op deze site door wat dan ook dan zullen er hoe dan ook (in samenspraak met de auteur) stappen worden ondernomen.
|