|
Ja Marcus, ik heb serieus dit gedicht gelezen en heb een beetje moeite met sommige zinnen. De laatste strofe klopt voor geen meter en die wolven op het eind snap ik niet helemaal, beetje een kop zonder staart. Maar alé het is hier een werkplaats en ik ben de beroerste niet, dus wil ik je wel wat aanreikingen geven om hier een goed gedicht van te maken.
1e strofe: doorheen gewoelde kindertijd, doorheen is hier niet op zijn plaats, je zou het zo kunnen schrijven:
Huilen er nog wolven
in omgewoelde kindertijd
of zijn ze onder slaap bedolven
verloren ze voorgoed de strijd?
2e strofe: ik snap de overgang van de wolven naar leven dat is begonnen niet zo. Jij zet hier eigenlijk vier op zich staande strofes neer, die onderling geen samenhang hebben, waardoor de lezer halverwege in verwarring raakt.
Probeer verder te gaan met die wolven:
Heeft de tijd van hen gewonnen
gaan de wolven niet meer jagen
heeft het kind ze maar verzonnen
wissen jaren vroeger dagen?
3e strofe: van wijze woeste regenvlagen neem je de lezer ineens mee naar de schuimkoppen van de zee, wel een hele grote sprong.Al zet je hier wel mooie beelden neer, maar dan wel een compleet ander gedicht, bovendien vanop schuimkoppen is niet juist, gewoon op.Ik probeer of ik die wolven naar zee kan krijgen.
Aan de einder zijn gedachten
wordt de meute drijvend wrakhout
die in het schuim blijven wachten
tot een horizon zich ontvouwd.
4e strofe: ja hier verlaat je voor het gemak het rijmschema helemaal, en zoals gezegd die wolven hangen er een beetje bij.
Oud kan anders zorgen baren
dan klimt uit zout het zoet aan boord
heeft het kind uit vroeger jaren
ineens de wolven weer gehoord.
Zet het even voor je op een rijtje:
Huilen er nog wolven
in omgewoelde kindertijd
of zijn ze onder slaap bedolven
verloren ze voorgoed de strijd?
Heeft de tijd van hen gewonnen
gaan de wolven niet meer jagen
heeft het kind ze maar verzonnen
wissen jaren vroeger dagen?
Aan de einder zijn gedachten
wordt de meute drijvend wrakhout
die in het schuim blijven wachten
tot een horizon zich ontvouwd.
Oud kan anders zorgen baren
dan klimt uit zout het zoet aan boord
heeft het kind uit vroeger jaren
ineens de wolven weer gehoord.
Hiermee wil ik niet zeggen dat ik een goed gedicht heb geschreven, ik wil je alleen maar laten zien, dat een gedicht kop en staart moet hebben, een zekere logica, onderlinge samenhang, de gedachte erachter, wat wil de dichter de lezer meegeven. Ach en ook over de titel moet dan nog even nagedacht worden. Bedenk dan nog even dat ik reageer op het gedicht, tenslotte ga ik ervanuit dat dichters die willen publiceren op internet niet voor Jan met de korte achternaam iets inzenden, maar gelezen en gewaardeerd willen worden, groet Jolanda
|