|
rotswanden hechten zich aan diepte.
keien liggen als delicatesse opgetogen.
in wilde naaktheid
proeft hij hoe zijn voeten bewegen.
in zijn stapritme hangt een drankreserve
en in zijn huid kerven jaarringen van pijn,
doch werkt een rustpauze als een beitel
hij knapt op in uitgehouwen letters.
|