Hoofdmenu
    Hoofdpagina
    Gedichten
    Auteurs
    Zoeken
    Reacties
    Insturen
    Voorwaarden
    Greencard
    Contact

  Inloggen
 

  Registreren
  Wachtwoord vergeten

  Laatste 35 reacties
 
re: FEESTDiotheC...
re: Lezenwietewu...
re: Lezenwietewu...
re: FEESTSoit
re: FEESTSoit
re: vegannis...MirandaMei
re: FEESTMirandaMei
re: InktDiotheC...
re: Pasen aa...Tsila
re: Inktwijnand
re: vegannis...Erik Le...
re: vegannis...Mr.Deuce
re: InktLetItAl...
re: InktLetItAl...
re: InktLetItAl...
re: InktLetItAl...
re: InktBuigt
re: Inktcoolbur...
re: InktDiotheC...
re: Inktwijnand
re: Inktcoolbur...
re: Inktwijnand
re: InktDiotheC...
re: InktDiotheC...
re: InktDiotheC...
re: (G)razen...coolbur...
re: Spokencoolbur...
re: De geur ...Claudel...
re: SpokenClaudel...
re: vegannis...Erik Le...
re: [30-007]...Claudel...
re: Morsewijnand
re: Herderst...coolbur...
re: Nimfomaniakcoolbur...
re: Brozen d...MirandaMei
 Meer reacties

  Laatste 25 gedichten
 
Inktcoolbur...
vegannisatieErik Le...
The African ...Claudel...
Licence to k...Claudel...
I wanna be y...Claudel...
Waar is Stev...Claudel...
alweer bijna...DiotheC...
Con-textdegon valk
Stop de tijd !!Claudel...
Tattoo you Claudel...
Zo'n dagDiotheC...
Een HuisHenk Gruys
herfst 2019augusta
FEESTSoit
Filosoof in ...Claudel...
bewegingenErik Le...
dubbellevenErik Le...
Claude Money?Claudel...
Brothers in ...Claudel...
Beast of bur...Claudel...
VogelsMarkeR
SleutelsHenk Gruys
Renee, remem...Claudel...
ViltjeSoit
Adem voor ad...seline168
 Meer gedichten
Zij
 NaK - 14:11 05-04-2010 Stuur e-mail  Profiel bekijken van NaK  Bekijk statistieken van dit gedicht 

Zij


 


Die ogen. Het was alsof het regende achter het raam. Ik keek ernaar maar voelde niets.


“Ik haat je.” zei ze, en haar schoonheid zonk diep weg in mijn bestaan. De wereld verging niet. Het deed ook geen pijn. Niets.


“Hoe lang heb je nog?” vroeg ik.


“Morgen ben ik dood. Ik kies het zelf niet.” antwoordde ze. “Ik kwam afscheid nemen maar je ogen zwijgen. Ik had er meer van verwacht.”


Ik zou gevraagd kunnen hebben of het ging, maar die vraag had ik niet. Ze was niet uit mij ontstaan, ik had ze uit boeken, films, fantasie.


“Gaat het?”


En ze zag dat ik loog.


“Dat antwoord blijf ik je schuldig, al voel ik mij niet zo. Ik ben niet gekomen om schuld te bekennen.”


Ze deed alsof ze het meende.


“Schuld is voor zij die nog hoop hebben,” zei ik, “spijt is al te laat. Jij mag kiezen waarmee je straks weer de deur uitgaat.”


En zo bleven we staan.


“Het is te laat, dus hoop is er niet meer. De bom is ingeplant en de enige weg die ik nu nog ken is die naar mijn doelwit.”


“De bom zal ontploffen, maar ik laat je niet gaan.”


“Bedoel je dat ...”


“Nee. Ik ga niet met je mee. Je staat er alleen voor. Je betekent niets, dus mag je sterven en dat zal je alleen doen, maar ik bepaal waar.”


 


Ik pakte haar bij de arm en nam haar mee naar buiten. Niets viel op.


“Waarom heb je je voor mij nooit opgeofferd?” vroeg ik.


“Ik draag dezelfde redenen mee als jij; egoïsme en een hoger doel.”


“Hoger doel? Jouw doel bestaat niet meer. Jij bent nu mijn middel geworden.”


We liepen over straat, arm in arm, onopvallend.


Er stonden overal huizen. Hier waren geen ontploffingen. Hier bestonden wij niet.


Zij wist niet waar ik haar naartoe zou brengen. Ik wel. Ik wist het helemaal, had het plan net bedacht.


Altijd had ik gedacht dat ze mij begreep, dat ze wist wie ik was, dat ze mij kon lezen. Doch, het deed me niets, helemaal niets. Droge regen.


We stapten tot mijn doel was bereikt, maar nog steeds wist ze niet waar ze was. We wachtten. Nog die ene nacht. Zou het?


Onze armen haakten steeds harder in elkaar. Hoe langer we samen waren, hoe harder ik voelde. Toch, nee. Ik kan niet zeggen dat ik iets voelde, maar ik wilde de huid. Ze was niet tastbaar voor mij.


Mijn ledematen op de juiste plaats, zo hoorde het. Ik voelde haar ademhaling drukken tegen het puntje van mijn elleboog. Tintelingen.


Hoe valt de muur als er geen morgen is?


Ik streelde haar. Ze weende tranen van steengruis. In haar ogen was ik de beeldhouwer die haar tot mijn laatste kunstwerk zou maken.


Ik keek naar haar en door haar heen. Haar ogen, polsen, haar billen en haar heupen, haar borsten en haar hals, haar haar.


Ze was.


Al die jaren was ze mijn moeder geweest, mijn zuster en mijn dochter. Zij was een vrouw en symbool voor het geslacht. Haar heupen.


Ik ontdeed haar van haar kleren, liet de bom zitten. Diep. Ooit zou ze mijn kind kunnen baren hebben. Nooit.


Zij was. Mijn doorzichtige terroriste. Zelfs voelen deed ik door haar heen. Ik wist waar de explosie zat.


Ik brak haar nek.


Haar lichaam verdeelde ik in vier gelijke delen, tot het klokhuis.


Ze had nooit geweten waar ze was. Nooit geweten waarom. Ik wel. Had het plan net bedacht.


De bom hield ik voor mezelf.


 


 


 


 


Jürgen Nakielski

Reactie insturen
Graag eerst...

Inloggen of Registreren

De gedichten die ingezonden zijn op de website van de lettertempel en e.v.t. toekomst projecten die gekoppeld zijn aan de lettertempel blijven ten alle tijden eigendom van de feitelijke auteur van het gedicht. Zonder toestemming van de feitelijk auteur mogen de gedichten niet gebruikt worden voor andere doeleinden dan lezen op deze site en indien hier toestemming voor gegeven is door de feitelijke auteur het uitgeven van de gedichten door lettertempel zelf. Mocht er sprake zijn van misbruik van de content en de gedichten die gepubliceerd zijn op deze site door wat dan ook dan zullen er hoe dan ook (in samenspraak met de auteur) stappen worden ondernomen.
2006-2024 © Bizway - BTW nr. NL821748014.B01 - KvK 28086287