I.
nadat de laatste hamerslag geklonken had,
steeg ik langzaam op, tot voorbij de toppen
van mijn kunnen
toen ik voorzichtig naar beneden keek, zag ik
een palet vol verborgen kleuren, schitterend
in de zon van morgen
ik spitste mijn oren voor de stilte die zichzelf
bevroeg, ik luisterde naar de voltooide symfonie
van verzwegen woorden
II.
nadat de laatste spijker door de kist geslagen was,
droeg men hem ter aarde, langzaam zakkend in een land grenzend aan het geloof
toen ik mijn ogen sloot, rees het beeld van daden
door de eindigheid zo groot, tot voorbij het vitale
levenslicht
in nagedachtenis verzonken kwam ik tot mijzelf,
ik voelde mij als herboren met een geesteskracht
als nooit tevoren