Straks is het stiekem oorlog en dan
groet men mij gewoon alsof het dinsdag
is of zo. Ik ga naar huis en kook iets
saais en kijk wat uit het raam.
Dan is er een complot. Dat ik niet
mee mag doen en men elkaar beschiet
met boogjes om mij heen. Gemeen.
Ik zie ze er voor aan, het tuig.
Een zwaar conflict, wel zo complex
dat ik het nooit kan vatten. Met
uitzicht op het ergste. Ik ruik de
dood maar steek het op de spruiten.
Ik ben wel geen soldaat, maar ik
verdien toch ook de kans te merken
dat ik laf de zijde kies van hen
die beter kunnen mikken?
Een oorlog ver van hier die rond
mijn huis wordt uitgevochten. Als
ik eventjes ga luchten staakt het vuur.
En nergens slaat voor mij een laatste uur.