zoveel kwaad is gedaan door hen
die je bescheen met licht
jouw naam vond een weg
door donkere stinkende gaten
ik vervloek jou en je valse honden
die blaffen tegen kale stenen
en smeken om verlossing
gebracht in een omhelzing
voor ik mijn hoofd buig
met het duister
als een zonnebloem
die zich afwend van zijn moeder
zal ik met bloed en zaad
een zelfportret kerven