Voor de grens van het geweten,
achter de barrière van het besef
Loopt een kind moederziel alleen
door de verstoffende sloppen der vergetenis
De beginjaren wankelend in de benen,
vindt het in vuilnis speels vertier
Aan de voeten kleeft een naakte waarheid
van stratenvol gebrekkigheid
getekend, gevormd door sijpelend onmacht
In de ogen glinstert de hoop op beter
welke verzand, vervliegt met de jaren
met het groeiende geweten en het besef
Dat er achter de grens de macht ligt,
het kunnen en het geweten
Maar waar het gebrekkige besef
ontaard in hardnekkig hulpeloosheid
In onmacht om de poorten van hulp
wagenwijd open te zetten.