en ’s avonds vluchten wij
de wilde herfststormen
sluiten natberegende vensters
kleden ons helemaal naakt
en duiken onder de zacht-
warme dekens tot enkel nog
gelig licht van zoutkristallen
lichaamskleuren schildert
in aquarel
jij ligt met jouw rug tegen mij
heel dicht en opgerold als een poes
mijn gezicht streelt jouw haar
het geurt zo lekker naar dromen
terwijl een rustige adem
teder je schouders streelt
mijn handen in zwoel vochtige
warmte van jouw schoot
en mijn lid zich legt
- niet dwingend maar speels -
in de naad van je billen
beschermen onze voeten ons
en vallen wij rustig in slaap.