|
dan, als je gaat, schijn jij mij nooit geweest en vind ik mij als uit een trance ontwaakt, verlangend naar een volgende zwoele nacht om oude leugens lievend te genezen
maar als j’ er bent weet ik met mij geen raad al is het zonder jou alsof de wereld dood; het vuur dat mij van jou laat houden wil ik ontkomen voor dat ‘k mij branden kan
zo weifel ik al blijf ik willig lachen in ‘t morgenuur dat mij in armoe vindt tussen fantomen tuimelen droomgedachten
glijdend in tijd, onwetend - houdt zij van mij? wil ‘k in mijn droom, mijn droomontwaken dit ene slechts: ik doe het tegen beter weten in.
sunset 12-02-2008
|