|
En opnieuw die dag
viel het lot
van veel te moeten
ook wel willen
maar niet kunnen
als een zware loden mantel
mij verstikkend
om de hals.
Waar is toch dat eiland
waar in luwte zonder zorgen
ik kan wachten op de morgen
dat de storm
opnieuw weer over waait?
Ik vul dozen vol ellende
met de doden die ik kende
en de taken die als stapel
elke tijd steeds overtreft,
zoek naar hoeken om te vluchten
en mijn hart wat te ontluchten
en ik schreeuw dan uit de verte
dat ik zo beslist niet verder wil.
Maar de echo van mijn woorden
komt terug van wie mij hoorden
met de boodschap,
dat helaas in mijn omgeving
hier
geen enkel mens het beter heeft.
|