Kleine Merel
Verwonderd legde ik mijn oor
Aan ’t nachtelijk duister ten gehoor
Daar klonk ondanks dit late uur
Een lied zo zuiver en zo puur
Een vers niet eerder zo gezongen
Ik had één dag daarvoor mijn oog
Gericht op de wijdse Hemelboog
Gezocht de ster die jou verbeeldt
Indachtig wat mijn oor nu streelt
Jij bent bij mij
De merel die voor mij toen floot
Ontnam mij ’t gemis van aardse dood
En al hetgeen ik ooit beminde
‘k Weet nu hoe ik het terug kan vinden
Leef aandachtig en bewust.
Auteurs: Ellen Bekker Jongeneel & Wil Breuker, juni 2008