|
Kliedernat werd de donderstraal Ton
door de stralen van 't waterkanon.
Als een pijl uit de boog
vloog-ie heen en werd droog
door een bad in de stralende zon.
'Een aardstraal is lang,' zei Marie.
'- En de evenaar ook, immers die
is een cirkel', zei Aal,
'met een heel lange straal:
't is de omtrek gedeeld door twee pi.'
Een dweil wou de straal niet ontlopen:
die kwam - want de bierkraan stond open -
direct in de man
zonder glazen of kan.
't Was voorspelbaar: hij werd straalbezopen.
|