aars poetica
er is een tijd geweest
dat dichten kunst was
verheffing van de geest ten doel had
liefde te verstrekken
of vriendschap op zijn minst
maar dat is nu behoorlijk
afgezakt
het rijk der hersenen is verlaten
het hart doet niet meer mee
men denkt slechts met de onderbuik
woordzeiken zonder eind
poëtisch diarree
moord op het karakter
en de beurs is ook niet meer
wat hij geweest is
h.