|
(nu nacht verduistert en de maan haar plaats weer kent
zoemt een slaaplied zorgeloos mijn lakens warm)
aan elke arm verschuift een hand wat
licht bewegen
in de tegenvorm van nu
kruist een zachte zuidenwind; haar zwaluwkind
vliegt laag mijn dromen binnen
waar een meizoen zachtjes bloeit
groet immer nog haar glimlach, bovenaards
en mooier
zal ze straks mijn dag beginnen
als ik zucht hoor ik haar stem, als ik lach
weet ik haar leven
alles wat me is gegeven
rust nu, in de palmlijn van mijn hand
switi lobi
Klik hier voor het fotogedicht.
|