|
waar jij verschijnt
geen eerste lentelammetje
en rietkragen in de zomer,
of een enkele donderwolk
die aan de hemel kleeft
liefst zien we de liefde
als ze bloeit, verbeeld in alles
ieder naar zijn aard
zoals mijn ogen streelden
ik zag je zoekend aan de kust
dan weer rennen door een woud
zelfs naast mij voor een stoplicht,
in wisselend decor
met de tijden mee
niet meer daar komen
waar jij steeds verschijnt,
behalve 's nachts, dan ben ik willoos
dan ben je niet te missen
|