|
nog groeien in de kist mijn haren
werpen ankers uit en handen; twintig
vingers ontspruiten zoekend hun weg
tasten in ’t rond, herkennen planten;
boomwortels omarmen mijn huid en
ademen stof en drek en grond, zwaar
ligt ’t in longen waaruit leven groeit
het ogenwit eerst grijs dan bruin
en benen strekken zich op en rond
de voeten slaan de lippen, schuiven
de aarde voor zich uit in diepe rust
vult tong de holte van de mond
en tanden bijten zich uiteindelijk stuk
ten langen leste het hoofd vooruit
uit de pupillen verdwijnt elk licht
gaat over in een heel eenvoudig duister
zo zacht als niet meer dan in slaap
sunset 13-11-2013
http://sunset.deds.nl
|