|
Vooralsnog struikelde ik over iets
Dat wat ik herkende vanuit een donkere spelonk
Daar waar krachten schuil hielden die ik liever niet zag
Geen afgezwakt gereutel en diplomatieke nuances
Want het stonk
Daar waar ooit een mogelijkheid had gehuisd van harmonie, acceptatie,respect, bewezen in gedrag
Was nu dat iets waar mee ik over hoop gelegen lag
Het ego dat genoegzaam door de spiegel naar me kijkt
Diep in mijn eigen verontwaardigde ziel
De onschuld als grootste illusie van de mensheid bekende ik de ware schuld
Het maakt tegenwoordig toch niet meer uit hoe goed of slecht je werkelijk bent als men maar over je lult.
|