|
De wereld knarst moeizaam verder,
maar saamhorigheid maakt leefbaar.
Tussen brokstukken van vergankelijkheid
glooit liefde een teder eigen leven.
We redden het wel, huil maar in mijn armen;
morgen komt toch steeds de zon weer op
ons smaakt de gedeelde droge boterham
nu nog heerlijker dan honing.
Het zuiverste water zullen we drinken,
kom, om de hoek is het feest
laten we ook dansen en zingen gaan;
De wei staat vol met bloemen
droog ze in een boek vol poezie
voor later als er nog meer onweer komt.
En denk dan terug aan nu,
toen het bijna vrede leek.
|