|
mij wemelen onvervulde verlangens
en achter elke steen verborgen
kraken naadloos hun voegen
van de bolknakrokende baviaan
die zijn vers gesneden lianen verkracht
met een in reuzel gebakken lente-uitje
tot de ten zuiden van de laatste lavastroom
verpozende kurkenrukker
met trekzalf op zijn handen en toch kloofjes
nee, verbolgen ben ik niet, noch
vallen mij orgastische genoegens ten deel
hooguit zweef ik licht onbevredigd rond
met schellen op mijn ogen
© dio the cilany
|