|
herkauwen van thema's , gezapig hondervoudig angstig voortgedreven, gij ondergrond, gij leven gij vallende bevruchting, gij eeuwige verzuchting
pens, prikken en niet slachten, bij die brugblik, maar al gauw begon het smachten, al gauw spoorde de geest naar u en de pen sloeg slingers uit de lucht
netmaag, niet en toch, zo kolkte gij vaag om aanbidding heen, soms een grot en soms van steen, maar ik wist: daarin wil ik schuilen, desnoods boren, naar waarschuwing geen oren, handen en hart bevuilen, ik vloeide en gij werd zee
boekmaag, bloedige ogen en kogels, zo begon het, alle woorden kogels, in benen die kniezen en hersenen die koken, in straten die roepen en minieme percentages
lebmaag, lust en liefde, het darmstelsel, geblust wat griefde, met zacht vieren, van het touw dat mij aan u en aan de afgrond bond, en nu rond u, in u, door u ook gij moogt smeken, gestorven God, en ik aanhoor U
want uit bekoren bloemen mag ik nu rijmend roemen de schoonste lelie wiens kelk ik drink, de aronskelk wiens bloei ik stink, de narcis van mijn ondergang, in zon of zwarte nacht geen kalf maar een schaapke, waarop ik heb gewacht, waarvoor ik alle dagen.... bloemen lees, uit schoon leven
|