Snoeproze
ze is zó stoer enne stoer enzo
in haar rode opelkoets met feyenoordstuur
en roze knikhond op hoedenplank
een filtersigaret in dat hoekje volle lippen
en dan in een koele knipoog
wegscheurend van mij vandaan
er mag het enge woord liefde bij verzonnen
zal ze nog weer komen
moet ik hier op knieën
er zal zo iets gaan sneeuwen
ze is zó stoer
zoals ze toch een liefje blijft
Snoezblue
zag toch zo graag de bovenkant van je laarzen
het enge woord je rug in walsen
die alles stollende lach de teisterende geiser
kon geen beter kleur in mijn dagen geven
het berichtverkeer van huisje en droompje
over ei en bloed in ons jonge duin
zonder te kijken vlocht ik al je haren al
tilde ik je roeken tot aan de wolk
we zouden nog naar de aapjes
onze strenge wereld open knippen
(bewerking van eerder ingezonden gedichten snoes en eng woord)